Fitbit sportende vrouw met app

Bijna alle bekende sportapps zijn nu in handen van sportkledingmerken – waarom eigenlijk?

De tijd van de kleine, onafhankelijke sportapps is voorbij. Endomondo, MyFitnessPal, MapMyFitness, Runtastic en RunKeeper zijn tegenwoordig allemaal onderdeel van een sportkledingmerk, respectievelijk Under Armour, Adidas en Asics. FitStar werd overgenomen door Fitbit. Het betekent dat er nog één bekende sportapp over is, die nog niet in handen is gevallen van een grote partij: Strava.

Fitbit sportende vrouw met app

Geen trackers maar apps

Er was een tijd dat sportkledingmerken hun eigen wearables en trackers maakten. Nike had de Nike+ iPod-schoensensor, FuelBand en sporthorloges, Adidas maakte ook sporthorloges, foodpods en diverse miCoach-trackers, zoals in een voetbal. Ooit nog iets gehoord van Adidas Fit Smart, de sportarmband die ze in 2014 introduceerden? Vast niet. Mensen willen shirtjes, schoenen en sokken kopen van een sportkledingmerk, geen gadgets.

Apps zijn gratis

Toch denken fabrikanten van sportkleding dat ze ‘iets’ met technologie moeten doen. Fitness-apps zijn de toekomst. Je kunt ze gratis weggeven en een miljoenenpubliek ermee bereiken. Belangrijker nog: je kunt heel veel data van die miljoenen gebruikers verzamelen, zodat ze sneller jouw merk zullen overwegen als hun sportschoenen versleten zijn. Met fitnesstrackers bereik je tienduizenden mensen en alleen de echt fanatieke ‘selftrackers’. Met apps zoals Runkeeper bereik je de massa.

Suikeroom met veel geld

Het zijn grote merken met veel geld. Geen wonder dat de makers van fitnessapps graag overstag gaan: ze zijn van alle financiële onzekerheden af en kunnen na jaren hard werken eindelijk cashen. Ze krijgen een suikeroom die flink in de app gaat investeren (dat wordt vaak genoemd als grootste voordeel van zo’n overname), al is er altijd kans dat het op een teleurstelling uitdraait. Als een bedrijf voor miljarden aan kleding verkoopt, krijgt de gratis app minder aandacht. Zo’n app levert niet meteen harde knaken op.

Fitbit: wielrenner met sporthorloge

Alleen Strava is nog zelfstandig

Er zijn nog maar weinig grote sport- en fitnessapps over. De fiets- en hardloopapp Strava is een van de weinige die nog niet is overgenomen door een grote partij. Ze krijgen te maken met een heel ander soort concurrentie: gigantisch grote merken die een enorm publiek bereiken. Met twee dingen kunnen ze zich nog onderscheiden: community en motivatie. Standaardfuncties zoals je route vastleggen met GPS, afstand en snelheid meten zitten namelijk al in alle apps.

Wat community betreft heeft Strava het goed voor elkaar, vooral wat fietsen betreft. De wedstrijdjes om een bepaald traject te rijden en het feit dat bekende wielrenners zoals Thomas Dekker en Laurens ten Dam de app gebruiken, zorgen dat je als gebruiker blijft hangen. Sociale functies zijn belangrijk: je moet kunnen zien wat je vrienden doen, anderen uitdagen zodat je zelf je grenzen blijft verleggen.

strava-data
Dit zijn de plekken waar Strava-gebruikers graag sporten.

Gebruikers motiveren is ook belangrijk om te zorgen dat je app steeds gebruikt wordt. Op dat punt heeft Strava nog wel iets goed te maken. In de Strava-app vind je een optie om trainingsvideo’s te kijken, maar daarvoor zul je een Premium-abonnement moeten nemen. Rumkeeper heeft veel meer trainingsschema’s, ook van bekende trainers, Nike heeft zelfs nog wel meer aanbod aan allerlei trainingsschema’s, die bovendien gratis zijn. Ze hoeven immers niets te verdienen aan de app, terwijl Runkeeper lange tijd afhankelijk was de verkoop van Premium-abonnementen en trainingsschema’s om te overleven. Een dik belegde boterham levert het niet op: vorig jaar moest Runkeeper 30 procent van het personeel ontslaan omdat er te weinig omzet binnenkwam.

Hechtere community of leegloop door te veel reclame?

Zou Strava ook overgenomen kunnen worden? Die kans is reëel. Ze werken al samen met sportkledingmerk New Balance aan enkele hardloopclubs. De leden van zo’n club kunnen met Strava zien hoe de anderen presteren. Ze hadden daarvoor ook een willekeurige andere app kunnen gebruiken. Voor de grote merken zijn apps interessant omdat ze data kunnen verzamelen en daarmee kunnen proberen om gebruikers binnen te halen als klanten. Aan de hand van gebruikersstatistieken kunnen ze bijvoorbeeld zien waar mensen graag sporten. Maar belangrijker nog: ze weten wanneer je toe bent aan een nieuw paar sportschoenen en ze weten ook dat je wat intensiever bent gaan sporten en daardoor wellicht wat extra broeken en shirts nodig hebt. De vraag is dan of de samenwerking met een kledingfabrikant leidt tot een nóg hechtere community waarbij je je echt betrokken voelt bij een merk zoals Adidas of Asics. Of dat de app kapot wordt gemaakt omdat de gebruikers echt niet op al die reclameboodschappen voor shirtjes zitten te wachten.